Lopend door het Zuylesteinse Bosch naar de westelijke uitgang, zien we links achter de houtwal, een schaapskooi. Op die plek heeft ooit eens een grote boerderij gestaan. Als we het bos verlaten zien we links, aan het einde van een pad, boerderij Weivliet. Verder, richting Boerenbuurt, stonden er in 1824 geen huizen meer aan de Achterweg.
Huis en erf
Kaartnr: 292, 294, 320, 321, 323, 324
Achterweg bij 6, aan de bosrand
Aan de rand van het Zuylesteinse Bosch stond een hoeve met een ‘schaapskooi’, een stal en 3 hooimijten. De hoeve was eigendom van Hendrik Willem Graaf van Rochefort heer van Leersum en Zuilensteijn 50).
•20-12-1763 Cornelis Jan Kien namens Rochford verhuurt aan Evert Versteeg een hofstede aan de westzijde van Zuilenstein [2481] Bron
(Dit zou er op kunnen duiden dat hij boer was op de hofstede tussen de rand van het Zuylesteinse Bosch en de boederij Weivliet.)
Op de ‘Caerte van de jurisdictie van de Ridderhoff-stee van Zuylensteyn en de het dorp Leersum‘ van Hendrick Verstralen 60) uit 1633 is een hoeve afgebeeld met twee hooimijten. Tussen 1880 en 1885 verdwenen de hoeve, de ‘schaapskooi’ en de hooimijten van de kaart. Tussen 1950 en 1973 is de stal afgebroken (kaartnr: 320)52). Alles wat rest zijn nog wat oude stenen van de fundamenten 1).
Volgens de bewoner van Weivliet, dhr G. Versteegh, hebben ze nog enige tijd vee ondergebracht in de stal.
Op de plek van de stal staat vanaf 1973 de schaapskooi van de ‘Vereniging Vrienden van de Schaapskudde‘. Deze schaapskooi stond oorspronkelijk aan de Boerenbuurt.
Weivliet, huis en erf
Kaartnr: 289, 290, 291, 295, 322, 290
Achterweg 6
In 1824 was Aartse Gerrits Versteegh eigenaar van de hoeve 50) genaamd ‘Weivliet’.
Het is een z.g.n. Langhuisboerderij en is gebouwd in 1768 1). Het huis (kaartnr: 291) wordt niet bewoond, het is nog in de oorspronkelijke staat, echter met een golfplaten dak. De 2 hooimijten zijn verdwenen en de bijgebouwen zijn afgebroken tussen 1830 en 1875. Op een gevelsteen staat ‘1768 gebouwd door P.VS’ 1).
Uit een akte van 1849 blijkt dit zeseneenhalve hectare grote bezit erfpachtplichtig was aan het Margarethenhof te Utrecht, waarvoor jaarlijks op 3 januari een mud rogge moest worden betaald. De boerderij is nog steeds in het bezit van de familie Versteegh, dus al reeds gedurende bijna twee eeuwen 2)!
De familie Versteegh heeft opdracht gegeven voor de nieuwbouw naast het oude woonhuis in 1967.
Weivliet en zijn bewoners (1)
Hoe kwam Peter op Weivliet aan de rand van het Zuylesteynse bos terecht? Wel, vader Jan Cornelis was om een of andere reden opgehouden met stenen bakken en overgegaan op het beroep van hovenier. Zo staat hij althans in het geboorteregister van Amerongen ingeschreven. Peter, die zijn vader als hovenier van Zuylesteyn was opgevolgd, was in 1718 getrouwd met Stijnde (Christina) van Wulven, geboren in Leersum en een der laatste telgen van de familie Van Wulven. Het echtpaar Versteegh-van Wulven had niet minder dan zes jongens. Oudste was de ons bekende Maurits.
Weivliet anno 2013. foto Arjan Griffioen 2014
Jongsten waren Cornelis (geb.1726) en Evert (geb.1729), beiden ongetrouwd gebleven. Hun moederlijk erfdeel bestond waarschijnlijk uit de hofsteden waar twee eeuwen later de bij oude Leersumers nog wel bekende familie Van Holland en wagenmaker Piet Jansen woonden. De broers Johannes en Hendrikus werden landbouwer of tabaksplanter op andere hoeven, maar Aert Huyg (geb. 1722) bleef op Weivliet en verwierf enkele bijbehorende gronden, waaronder Colland. Aert Huyg-Versteegh (1722) trouwde in 1752 met Hendrikje Gerrits. Nu krijgen we driemaal het refrein Gerrit – Pieter. De eerste Gerrit (1757) trouwde in 1795 met Margje Bos, de eerste Pieter (1797) in 1834 met Aaltje van Ginhits. De tweede Gerrit (1835-1903), trouwde in 1870 met Jannetje van Nieuw-Amerongen, de tweede Pieter (1873-19507) in 1929 met Neeltje van Holland. De derde Gerrit (1930), de huidige bewoner van Weivliet, trouwde in 1951 met Francina ter Maten, de derde Pieter in 1975 met Gijsberta ter Maten. Op Weivliet woont dus nog steeds een Versteegh, Gerrit, en zijn zuster Jacoba Johanna, gehuwd met Hendrik van Doorn, op Kolland. Interessant is dat in 1929 een Van Holland (Neeltje) haar intrede doet binnen de familie Versteegh 3).
Weivliet en zijn bewoners (2)
De eerder genoemde Aert Huyg Versteegh had behalve Gerrit (1757) ook een oudere zoon Petrus (1755). Deze leerde het timmervak bij Godert de Ridder te Amerongen en vertrok daarna naar Amsterdam om zich ook in het meubelmakersvak te bekwamen. In 1783 trouwde hij met Hilke Geerkus Tieden en begon een meubelzaak op de Voorburgwal.
Het ging hem zo goed, dat hij meende zich een wapenembleem te moeten aanschaffen dat, in borduurwerk vergroot, in de woonkamer werd opgehangen. In 1795 werd ons land door de Fransen bezet. Het werkklimaat verslechterde, de bouwstijl veranderde en zoon Gerrit (1787) zag het op den duur in Amsterdam niet meer zo zitten.
Hij nam derhalve in 1810 zijn intrek bij oom Gerrit (1757), broer van vader Petrus, op Weivliet bij Zuylestein. In 1815 trouwde hij met Jannigje Schuilenburg en kreeg van de gemeente Darthuizen het daar bestaande Gerechtshuis in huur, met uitzondering van de zogenoemde gerechtskamer 3).
Schapenhok
Kaartnr: 293
Ten zuiden van Achterweg 6
Dit schapenhok was in 1824 in bezit van Jacob van de Geer (bouwman). Dit hok werd door de belastingen aangeslagen als bouwland 50). Pas in 1885 52) staat er een schaapskooi op de kaart. Op een foto uit 1987 is te zien dat de schaapskooi in verval raakt.
Het rieten- met pannendak is vervangen door golfplaten.
In 2010 staan alleen nog de gebinten en deze zijn inmiddels (2016) ingestort! Einde monument?
De schaapskooi anno 1987. collectie het Utrechts Archief