Statistiek

Bron
Bij de eerste kadasterkaart, de Minuutplans, van Leersum uit 1824, hoort een overzicht, de z.g.n. Oorspronkelijke Aanwijzende Tabellen OAT’s, van de onroerende goederen. Van deze huizen en het land is bekend wie de eigenaar is, zijn/haar beroep, woonplaats, grondgebruik en hoe het werd aangeslagen door de belastingen.


Huizen

Totaal staan er in 1824, 134 huizen die behoren aan 97 eigenaren. De drie grootgrondbezitters, vader en zoon van Nellesteyn van Broekhuizen en Hendrik Willem Graaf van Rochefort van Zuyylestein, bezitten gezamenlijk 39 huizen. Dan zijn er 16 belastingplichtigen die meer dan 1 huis bezitten, waaronder de kerk. Als laatste zijn er 58 eigenaren of instellingen met 1 huis in hun bezit, hieronder vallen ook de diaconie en de Dienst der Domeinen.
Volgens een volkstelling in 1790 wonen er in Leersum, Ginkel, Zuylestein  en Darthuizen 633 zielen. (Generaale volksmeenigte in de Bataafsche Republiek – Volkstelling Utrecht)
In 1840 zijn dat 1003 personen, verdeeld over 181 gezinnen die wonen in 147 huizen
(Staten van de bevolking der steden en gemeenten van het Koningrijk der Nederlanden op den 1. Januarij 1840.Utrecht.)
In 2017 staan er ruim 2938 woningen in Leersum en wonen er 6420 personen. (CBS)

De ouders
Waar het in dit artikel omgaat zijn de eigenaren die in Leersum wonen en hun gezinnen.
Van de 97 eigenaren die bekend zijn uit de OAT’s  laat ik er 46 buiten beschouwing.
Het zijn grootgrondbezitters, men woont niet  in Leersum, het is een instelling, ze zijn alleenstaand of er zijn geen gegevens te vinden over deze personen. De restgroep van 51 eigenaren en hun echtgenotes hadden alle ‘kinderziektes’ overwonnen en waren inmiddels oud genoeg om een huis of  grond te bezitten. De gemiddelde leeftijd van de mannen is 70,3 jaar, in 2016 is dat 79,9 jaar. De gemiddelde leeftijd van de vrouwen 67, 8 jaar. Twee vrouwen sterven in het kraambed en zes binnen 10 jaar na de laatste bevalling. Het huwelijk en de kinderen waren een levensverzekering voor de toekomst! In 8 gevallen trouwt de man opnieuw binnen enkele jaren en begint hij aan een 2e leg.

De kinderen
Veel mensen zijn tegenwoordig op zoek naar hun roots. De gegevens die ze vinden betreffende hun familie wordt in veel gevallen ondergebracht in genealogie-programma’s. Deze programma’s, oude aktes en overzichten van geboorte, huwelijk en overlijden maakten het voor mij mogelijk om van deze 51 eigenaren de ouders, echtgenotes en kinderen te traceren. Totaal levert dat 347 kinderen op. De volgende analyse begint bij het kraambed.

Kindersterfte
Stierf er een kind bij de geboorte, dan kreeg het volgende kind, van hetzelfde geslacht, in veel gevallen dezelfde naam. Een voorbeeld hiervan speelt zich af in het gezin van dagloner Cornelis van Ede. Hij woont met zijn vrouw Huibertje Veenhof in een schamel huisje aan de Scherpenzeelseweg. Het overzicht van hun kinderen is als volgt:
Antonie ged.1811-1873
Teuntje 1811-1814 †
Cornelis 1813-1814 †
Cornelis 1815-1848
Teunis 1818-vóór 1820 †
Teuntje ged.1820-1823 †
Teunis 1820-1906, in  1844 gehuwd met Gijsbertje Bakker.
Cornelis ged.1823-1823 †
Aaltje 1824-1896
Neeltje 1828-1893, in  1853 gehuwd met Hendrik van Ginkel
(Er is ook sprake van Toon geboren in 1809 en die 3e Cornelis, hoe zit dat?)

Van 313 kinderen is het jaar van geboorte en  overlijden bekend
In 1824 stierf 10,6% uit de geselecteerde groep voor het 5e levensjaar. In 2011 was de kindersterfte (gedefinieerd als sterfte van kinderen onder de 5 jaar) in Nederland  0,4%. Deze cijfers komen uit een rapport van de WHO/Unicef en is vergezeld van de volgende tekst: Wel zorgelijk is dat met name de perinatale kindersterfte (tijdens of direct na de bevalling) in Nederland relatief hoog is ten opzichte van andere ontwikkelde landen. De redenen hiervoor zijn niet helemaal duidelijk, maar een aantal factoren lijken een rol te spelen, zoals het hoog percentage rokende moeders, hoge gemiddelde leeftijd van moeders, hoog percentage multiple zwangerschappen (vanwege de vruchtbaarheidsbehandelingen), en het relatief hoog percentage thuisbevallingen.

Kinderrijkdom
Uitgangspunt bij dit onderwerp is  51 gezinnen met 347 kinderen. De volgende grafiek toont het kinderaantal .


Er zijn dus 4 gezinnen met 1 kind en b.v. 9 gezinnen met 8 kinderen. Gemiddeld hebben deze 51 gezinnen 6,9 kinderen. Wat meespeelt met deze kinderaantallen is het feit dat, nadat de moeder in het kraambed overleed, de man hertrouwde en met zijn nieuwe vrouw begon aan een 2e leg. De gezinsgrootte kan niet gerelateerd worden aan de welvaart van de ouders.

Leeftijdsopbouw
Omdat niet van alle personen de datum van overlijden bekend is, is de controlegroep is bij dit onderwerp is 313 personen.
De verdeling tussen mannen en vrouwen is: 160 mannen en 151 vrouwen.
Naast de niet levensvatbare kinderen zijn de leeftijden ingedeeld in klassen van 10 jaar.

Wat opvalt en wat boven bij het onderwerp ‘kindersterfte’ beschreven is, is het hoge aantal sterfgevallen van kinderen onder de 10 jaar. De vrouwelijke nakomelingen blijken iets minder kwetsbaar in de eerste levensjaren, dan de mannen. Tussen de 20 en de 40 jaar zijn vrouwen kwetsbaar i.v.m. bevallingen en een aantal sterft in het kraambed of niet lang daarna. Uiteindelijk, blijkt volgens de grafiek, dat vrouwen ouder worden dan mannen. Momenteel is er de nodige discussie omtrent de levensverwachtig en de daar uit volgende leeftijd waarin men AOW gerechtigd is. Uit de bovenstaande grafiek is te lezen dat de levensverwachting in deze groep  na 65 jaar voor mannen gemiddeld 77,2 jaar is, voor vrouwen is dat 77,4 jaar. In 2017 is dat voor mannen 86,9 jaar en voor vrouwen 89,0 jaar (bron ABP)